direct naar inhoud van 5.8 Milieuhinder bedrijvigheid
Plan: De Enk
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1773.BP2010004005-0401

5.8 Milieuhinder bedrijvigheid

Algemeen

Zowel de ruimtelijke ordening als het milieubeleid stellen zich ten doel een goede kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en te bevorderen. Dit gebeurt onder andere door milieuzonering. Onder milieuzonering verstaan we het aanbrengen van een voldoende ruimtelijke scheiding tussen milieubelastende bedrijven of inrichtingen enerzijds en milieugevoelige functies als wonen en recreëren anderzijds. De ruimtelijke scheiding bestaat doorgaans uit een bepaalde afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. Die onderlinge afstand moet groter zijn naarmate de milieubelastende functie het milieu sterker belast.

Milieucategorie

Op basis van gegevens van de gemeente is een bedrijfslijst samengesteld waarop alle bedrijven op het bedrijventerrein vermeld staan met de daarbij behorende milieucategorieën. Een milieucategorie geeft aan welke milieuhinder een bedrijf veroorzaakt en tot hoever deze milieuhinder reikt. Het betreft hier de milieuhinder van geluid, stof, geur, en/of externe veiligheid. De milieubelasting is voor die aspecten vertaald in richtlijnen voor aan te houden afstanden tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. Het milieuaspect met de grootste afstand is maatgevend en bepaalt in welke milieucategorie een bedrijfstype wordt ingedeeld.

Als basis voor het toekennen van de milieucategorieën zijn de SBI-codes gebruikt zoals die zijn weergegeven in 'Bedrijven en milieuzonering', een uitgave van de VNG. SBI-codes worden over het algemeen gebruikt voor het concreet invullen van milieuzonering. In 'Bedrijven en milieuzonering' wordt onderscheid gemaakt in onderstaande milieuzones:

Milieuzones

Milieucategorie   Afstand  
Categorie 1   10 meter  
Categorie 2   30 meter  
Categorie 3.1   50 meter  
Categorie 3.2   100 meter  
Categorie 4.1   200 meter  
Categorie 4.2   300 meter  
Categorie 5.1   500 meter  
Categorie 5.2   1.000 meter  
Categorie 5.3   1.500 meter  

Op basis van de hiervoor genoemde milieucategorieën is het plangebied opgedeeld in een aantal zones. Daarbij is gekeken naar de afstand tot aan de omliggende woonbebouwing. In de praktijk blijkt echter dat er bedrijven zijn die dichter bij de omliggende woonwijken liggen dan is toegestaan op basis van de milieuzonering. In het voorliggende bestemmingsplan krijgen deze bedrijven een specifieke aanduiding binnen de bestemming Bedrijventerrein. Deze specifieke aanduiding regelt dat het betreffende bedrijf zijn huidige bedrijfsvoering mag voortzetten. Zodra het bedrijf stopt mag uitsluitend het huidige bedrijfstype of een bedrijfstype met een lagere milieucategorie terugkomen. Op deze manier wordt het huidige bedrijf niet belemmerd in zijn bedrijfsvoering en wordt op termijn een verzachting in milieucategorieën voor dit deel van het bedrijventerrein veiliggesteld.

De specifieke bedrijven zijn opgenomen op de plankaart (verbeelding) en in de regels bij het bestemmingsplan.

De richtafstandenlijst van de VNG brochure "Bedrijven en milieuzonering" gaat uit van gemiddeld moderne bedrijven. Indien bekend is welke activiteiten concreet worden of zullen worden uitgeoefend, kan gemotiveerd worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting, in plaats van de richtafstanden. In de VNG brochure zijn, in het kader van een goede ruimtelijke ordening en gekoppeld aan het omgevingstype, milieunormen opgenomen, waaraan de feitelijke milieubelasting kan worden getoetst. Daarom dienen de milieucategorieën niet als harde norm gezien te worden.

Rustige woonwijk

Hoe gevoelig een gebied is voor milieubelastende activiteiten is mede afhankelijk van het omgevingstype. Om een goede milieuzonering op te stellen is een analyse en beschrijving van de omgeving nodig. Meer hierover is te vinden in de gebiedstypering. De richtafstanden van de richtafstandenlijst gelden standaard ten opzichte van het omgevingstype 'rustige woonwijk'. Van deze lijst is in dit bestemmingsplan veiligheidshalve gebruik gemaakt. Een rustige woonwijk is ingericht volgens het principe van de functiescheiding: afgezien van wijkgebonden voorzieningen komen vrijwel geen andere functies voor; langs de randen is weinig verstoring door verkeer.

De Enkweg is in dit bestemmingsplan beschouwd als een rustige woonwijk. Dit heeft tot gevolg dat de voorgestelde zonering in het herstructureringsplan niet overal op het bedrijventerrein één op één overgenomen kan worden in dit bestemmingsplan.

Flexibiliteit

De Staat van Bedrijfsactiviteiten blijkt in de praktijk een relatief grof hulpmiddel te zijn om hinder door bedrijfsactiviteiten in te schatten. De richtafstanden en inschalingen gaan uit van een gemiddeld bedrijf met een moderne bedrijfsvoering. Het komt in de praktijk voor dat een bepaald bedrijf als gevolg van een geringe omvang van hinderlijke deelactiviteiten, een milieuvriendelijke werkwijze of bijzondere voorzieningen minder hinder veroorzaakt dan in de Staat van Bedrijfsactiviteiten is verondersteld. In de regels is daarom bepaald dat het college van burgemeester en wethouders een dergelijk bedrijf toch via een ontheffing kan toestaan, indien dit bedrijf niet binnen de algemene toelaatbaarheid past. Om deze ontheffing te kunnen verlenen dient te worden aangetoond dat het bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) vergelijkbaar is met andere bedrijven uit de desbetreffende lagere categorie.

Daarnaast is het mogelijk dat bepaalde bedrijven zich aandienen, waarvan de activiteiten in de Staat van Bedrijfsactiviteiten niet zijn genoemd, maar die qua aard en invloed overeenkomen met bedrijven die wel zijn toegestaan. Met het oog hierop is in de regels bepaald dat het college van burgemeester en wethouders vestiging van een dergelijk bedrijf via een ontheffing kan toestaan. Om deze ontheffing te kunnen verlenen moet op basis van milieutechnisch onderzoek worden aangetoond dat het bedrijf naar aard en invloed om de omgeving vergelijkbaar is met direct toegelaten bedrijven.

Voor de concrete toetsing van een verzoek om ontheffing wordt verwezen naar bijlage 5 van de VNG-publicatie 'Bedrijven en milieuzonering'.

In bijlage 2 van de regels is een nadere toelichting gegeven op de Staat van Bedrijfsactiviteiten.