direct naar inhoud van 3.9 Externe veiligheid
Plan: Wijhe, Molenstraat 1
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1773.BP2012004016-0301

3.9 Externe veiligheid

Externe veiligheid gaat over het beheersen van de risico's voor de omgeving bij het gebruik, de opslag en het vervoer van gevaarlijke stoffen en overstromingsrisico's. Sinds een aantal jaren is er wetgeving over 'externe veiligheid' om de burger niet onnodig aan te hoge risico's bloot te stellen.

Het plangebied is voor het aspect 'externe veiligheid' onderzocht op:

  • de aanwezigheid van risicovolle inrichtingen;
  • de aanwezigheid van een route gevaarlijke stoffen;
  • de aanwezigheid van hoofdgastransportleidingen;
  • mogelijke overstromingsrisico's.

Risicovolle inrichtingen

Een risicovolle inrichting in Wijhe is de vleesconservenfabriek aan de Jan Meesterweg 2. Dit is een bedrijf dat werkt met ammoniak en dit ook op het bedrijfsperceel opslaat. Buiten het bedrijfsperceel zijn geen risicocontouren voor het plaatsgebonden risico, deze blijven binnen de grenzen van de inrichting. Ook het groepsrisico wordt niet overschreden. Dit blijkt uit het veiligheidsrapport voor het bedrijf.

Routes gevaarlijke stoffen

In de directe omgeving van het plangebied is geen sprake van routes voor gevaarlijke stoffen en hoofdgastransportleidingen. Dit levert voor het plangebied geen belemmeringen op. Wel worden gevaarlijke stoffen over de IJssel vervoerd. Het plangebied ligt echter buiten de gevarenzones van die route. Deze zones zijn 200 meter rond de vaarroute op de IJssel.

Overstromingsrisico's

Het hele plangebied is aangewezen als 'overstromingsgebied'. Dit betekent dat in de planvorming rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid van overstroming. Een overstroming kan plaatsvinden door de doorbraak van de IJsseldijk. De kans op overstromingen is klein; 1: 1.250 per jaar. De overstromingsdiepte is daarbij 0,80 - 2,00 meter. Vanwege het overstromingsrisico moet in een vroeg stadium van de planvorming worden nagedacht over maatregelen. Deze maatregelen beperken de eventuele risico's en nadelige effecten van een overstroming. Voorbeelden van mogelijke maatregelen zijn:

  • aanvullend ophogen van het plangebied (voorzover mogelijk);
  • voldoende hoog aanbrengen van het vloerpeil, eventueel met verhoogde drempels;
  • zodanig inrichten gebouw zodat schade bij overstromingen wordt beperkt.

Dergelijke maatregelen komen bij de uitvoer van het plan aan bod en hebben als dusdanig geen invloed op dit bestemmingsplan.