direct naar inhoud van 3.2 Regionaal/gemeentelijk beleid
Plan: Buitengebied Wijhe, Waterstraat 16
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1773.BP201204016-0301

3.2 Regionaal/gemeentelijk beleid

Structuurvisie (2009)
De Structuurvisie Olst-Wijhe is door de raad op 22 juni 2009 ongewijzigd vastgesteld. De structuurvisie bestaat uit de Toekomstvisie Olst-Wijhe 'Versterken van een dijk van een gemeente' d.d. 7 april 2008 (inclusief de bijbehorende Nota inspraak en overleg toekomstvisie Olst-Wijhe) en het Realisatiehoofdstuk toekomstvisie Olst-Wijhe 'Marsroute naar het wenkend perspectief' d.d. 14 april 2009 (inclusief de bijbehorende beleidskaart structuurvisie Olst-Wijhe) en de Nota inspraak structuurvisie Olst-Wijhe. Op 12 december 2011 heeft de gemeenteraad van Olst-Wijhe een actualisatie van de Toekomstvisie Olst-Wijhe vastgesteld. Ook is besloten tot bijstelling van het bijbehorende Realisatiehoofdstuk. Tegelijk met de actualisatie van de Toekomstvisie en het Realisatiehoofdstuk is de Nota Bovenwijkse Voorzieningen aangepast.

In de Structuurvisie Olst-Wijhe wordt een integraal ontwikkelingbeeld voor de gemeente in 2025 gegeven.

Het plangebied valt binnen het 'Cultuurlandschap'. Het Cultuurlandschap lijkt sterk op het Kernenlandschap, maar met een lagere ruimtelijke druk en zonder de grote kernen. De niet-agrarische bebouwing is hier te vinden in enkele buurtschappen en aan de linten. De agrarische sector domineert het beeld in het cultuurlandschap. De verwachting is dat de landbouw grootschaliger van aard zal worden, bedrijven zullen worden samengevoegd en agrarische bedrijfsgebouwen zullen groeien in afmeting. Zolang dit samengaat met het handhaven c.q. versterken van de landschappelijke karakteristiek zal dit geen probleem zijn. Nieuwe woonbebouwing is in de kleine kernen gericht op de ‘eigen behoefte’. In het buitengebied is geen nieuwe bebouwing gewenst. In dit gebied mag worden verwacht dat er relatief veel VAB’s zullen ontstaan.

Ingezet wordt op nieuw ondernemerschap en beperkte mogelijkheden voor recreatie en toerisme. De VAB’s kunnen worden ingezet voor de verbreding van de landbouw cq. nieuwe economische activiteiten in het buitengebied.

Landschappelijke inpassing en de juiste beeldkwaliteit zijn bij deze functieverandering van belang. In VAB’s is, naast werken, wonen mogelijk mits de woonfunctie de huidige en toekomstige landbouw niet in de weg zit. Het gebied heeft een matige ecologische betekenis. Dit neemt niet weg dat er allerlei ecologische waarden aanwezig zijn, gekoppeld aan linten, struweel, bospercelen, houtwallen en erfafscheidingen in het kleinschalig landschap.

Landschapsontwikkeling moet samengaan met het versterken van deze kwaliteiten. Als belangrijkste ontwikkeling in dit gebied krijgen de weteringen in het gebied een ecologisch profiel. Het waterbeheer is primair gericht op grasland.

Landschapsontwikkelingsplan (LOP)
Het Landschapsontwikkelingsplan biedt een ruimtelijk kader om ideeën te laten leven. De visie gaat uit van de kracht van de streek. Nieuwe ontwikkelingen dienen bij te dragen aan de versterking van het landschap. De landbouw is hierbij een belangrijke functie in het buitengebied. Daarnaast worden natuur en water als belangrijke ruimtelijke opgaven gezien.

Het erf is gelegen binnen het landschapstype 'kommenlandschap' en de Waterstraat is aangegeven als 'mengelgrond'. Het landschapsbeleid voor de kommen is ten aanzien van wonen gericht op het ruimtelijk verdichten door het toepassen van rood voor rood en nieuwe landgoederen in combinatie met de aanleg van landschapselementen. De kenmerkende openheid dient bewaard te blijven. Met namen door beplantingen moeten de mengelgronden ruimtelijk versterkt worden.

Woonvisie Olst-Wijhe 2006-2015 (2005)
Vrijkomende agrarische bebouwing
Met het oog op kwaliteit en leefbaarheid van het buitengebied wil de gemeente onder voorwaarden extra woningen in het buitengebied mogelijk maken, ondermeer in vrijkomende agrarische bedrijven of nieuwbouw ter compensatie van de sloop van landschapsontsierende bedrijfsgebouwen. Het beleid daaromtrent is neergelegd in twee beleidsnotities: de ‘deelnotitie Wonen in het buitengebied’ en de ‘deelnotitie Rood voor Rood’.

De gemeente staat onder voorwaarden wonen toe in voormalige bedrijfswoningen op percelen met een (voormalige) agrarische bestemming. Ook regelt de gemeente in de ‘deelnotitie Wonen in het buitengebied’ de voorwaarden voor splitsing en vergroting van het woonoppervlak, dit alles met het oog op behoud van karakteristieke boerderijen en de leefbaarheid van het platteland.