direct naar inhoud van 2.1 Agrarisch
Plan: Kleine kernen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1773.BP2010001025-0301

2.1 Agrarisch

Doel

Het doel van de bestemming "Agrarisch" is de bestaande extensief-agrarische functie te behouden. Daarbij gaat het vooral om het behoud en de mogelijkheden voor voortzetting van het agrarisch gebruik op de gronden.

Functionele mogelijkheden

De hoofdfunctie van de gronden met deze bestemming is agrarische cultuurgrond. Het gebruik van de gronden voor de teelt van ruwvoeder (bijvoorbeeld maïs) is uitgesloten, het moet grasland blijven. Dit, naast het behoud van de functie, ook in verband met het ruimtelijk beeld.

Daarnaast is een paardrijdbak mogelijk, maar daar is een specifieke aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - paardrijdbak' voor opgenomen. Op de gronden buiten deze aanduiding is een paardrijdbak dus niet toegestaan. De agrarische gronden mogen ook gebruikt worden voor recreatieve doeleinden in de vorm van voet-, fiets- en ruiterpaden.

Binnen de bestemming zijn ook andere bouwwerken, nutsvoorzieningen, groenvoorzieningen en water, ontsluitingswegen en paden mogelijk. Door dit toe te staan worden maximale mogelijkheden geboden voor de hoofdfunctie.

Bouwmogelijkheden

Het is alleen mogelijk om andere bouwwerken te bouwen. Daarbij kan het gaan om erf- en terreinafscheidingen met een maximale bouwhoogte van 1,00 meter of om overige andere bouwwerken met een maximale bouwhoogte van 3,00 meter. De bouwwerken kunnen nodig zijn voor de afrastering van het agrarisch perceel voor bijvoorbeeld het houden van vee. Hierdoor kan de hoofdfunctie goed uitgeoefend kan worden.

Bij een paardrijdbak mogen bouwwerken maximaal 1,50 meter hoog worden. Daarbij kan gedacht worden aan een afrastering, waardoor veilig gebruik gemaakt kan worden van de paardrijdbak.

Achtergrondinformatie

- Omgevingsaspecten