direct naar inhoud van 4.3 Natuur, landschap en archeologie
Plan: Middelerstraat 4
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1773.BP2010001015-0301

4.3 Natuur, landschap en archeologie

Natuurwaarden

De Flora- en faunawet (2002) richt zich op de bescherming van in het wild levende planten en dieren. Op basis van deze wet is het onder meer verplicht om bij het opstellen van bestemmingsplannen na te gaan of er mogelijk nadelige consequenties zijn voor beschermde inheemse soorten. In dit kader en in het kader van geldende regelgeving op basis van de Natuurbeschermingswet 1998, is door Bureau Veldkamp een quickscan natuurtoets uitgevoerd, neergelegd in een brief met als onderwerp "Uitbreiding van een bestaand bouwblok en de bouw van één en op termijn wellicht twee varkensstallen aan de Middelerstraat 4 te Olst en de ecologische gevolgen daarvan onder meer in het kader van de Flora- en faunawet" (brief met datum 13 oktober 2009). Deze brief is opgenomen als Bijlage 8 Quickscan natuurtoets. Hierna wordt volstaan met de conclusies.

Aangetroffen en te verwachten soorten - Uit de natuurtoets wordt het volgende geconcludeerd.

  • Op het perceel groeien geen zeldzame en/of beschermingswaardige planten en zeker geen soorten die genoemd worden in de Flora- en faunawet.
  • Ter plekke van de beoogde uitbreiding broeden geen kieviten of andere weidevogels.
  • Aanwijzingen voor het voorkomen van de in de Flora- en faunawet genoemde diersoorten werden op het beoogde terrein niet verkregen.
  • Omdat er op het perceel zeer weinig bloemplanten groeien, ligt het niet in de lijn der verwachting dat er zeldzame of beschermenswaardige insecten voorkomen.
  • Op het beoogde perceel is geen biotoop voor amfibieën en reptielen aanwezig.
  • Aanwijzingen voor het voorkomen van in de Flora- en faunawet genoemde zoogdieren werden niet verkregen.
  • Aan de oostzijde van het perceel is een watergang aanwezig. De waterkwaliteit lijkt redelijk. Omdat de sloot op enige afstand van het bouwblok ligt en de te bouwen varkensstallen er geen afvalwater op zullen lozen, valt niet te verwachten dat de beoogde uitbreiding van het bouwblok en de bouw van varkensstallen afbreuk zullen doen aan de ecologische kwaliteiten van de watergang.

Gebiedsgericht natuurbeleid - Op enkele kilometers afstand van het plangebied ligt het Natura 2000-gebied Uiterwaarden IJssel. De kortste afstand tot de IJssel is ongeveer 2,2 kilometer. De afstand tot een zeer belangrijk onderdeel van het Natura 2000-gebied, de Duursche Waarden, bedraagt 3,3 kilometer. Bureau Veldkamp verwacht niet dat de uitbreiding van het varkenshouderijbedrijf een negatieve invloed kan hebben op de ecologische waarden van het Natura 2000-gebied, temeer omdat het plangebied ten oosten van de IJssel ligt (weinig of geen inwaai van nutriënten). Incidenteel foerageren er ganzen en zwanen op het grasland. Mogelijk zijn dit vogels die pleisteren in de Duursche Waarden. Beziet men het in een groter geheel dan zal de nieuwe bebouwing van maximaal 1 hectare geen meetbare invloed hebben op de aantallen pleisterende ganzen in de IJsseluiterwaarden, aldus Bureau Veldkamp.

In het kader van de aanvraag van de vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 zijn berekeningen uitgevoerd ten aanzien van de ammoniakemissie en -depositie, zie daarvoor paragraaf 4.1 Milieuaspecten onder het kopje "ammoniak".

Landschapswaarden

In het landschapsontwikkelingsplan (LOP) Deventer, Olst-Wijhe en Raalte, zie ook paragraaf 3.5, wordt uitgebreid ingegaan op de bijzondere waarden die in het landschap aanwezig zijn. Uit de analyse van het LOP kan geconcludeerd worden dat het plangebied binnen de structuurdrager mengelgronden ligt. De mengelgronden kennen een zekere mate van beslotenheid met bochtige beplante wegen en boerderijen op de hogere oost-west gerichte gronden. Het landschapsbeleid is gericht op het behouden en versterken van deze landschapskarakteristiek. In dit geval dienen de verschillen tussen de laaggelegen open gebieden en verdichte ruggen te worden versterkt. In het kader van de schaalvergroting van het erf is door Eelerwoude een landschappelijk inpassingsplan gemaakt. In paragraaf 5.1 Planologische afweging wordt nader ingegaan op de landschappelijke inpassing van het nieuwe erf.

Archeologische waarden

Bij het opstellen en uitvoeren van ruimtelijke plannen dient rekening te worden gehouden met zowel de bekende als de te verwachten archeologische waarden. Op 4 oktober 2010 heeft de gemeente Olst-Wijhe de "Beleidsnota Archeologie gemeente Olst-Wijhe" vastgesteld. Op de van deze beleidsnota deel uitmakende archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart geldt voor het plangebied een middelhoge en lage archeologische verwachtingswaarde. Ook maakt het plangebied deel uit van een een blauw omlijnd gebied met het nummer 4166. Voor een deel van dit blauw omlijnde gebied, grenzend aan de projectlocatie, is in 1995 een archeologische veldverkenning uitgevoerd. Uit de resultaten blijkt dat in dit gebied aardewerkresten zijn aangetroffen.

Ten behoeve van het uitbreidingsplan wordt een nieuwe stal gebouwd van circa 3.000m². Omdat de "Beleidsnota Archeologie gemeente Olst-Wijhe" stelt dat voor gebieden met een middelhoge verwachtingswaarde een onderzoeksplicht geldt bij plangebieden groter dan 5.000m², wordt in dit geval geen onderzoeksverplichting opgelegd.